Klik hier om het hamburgermenu te openen. Klik hier om naar het vorige artikel te gaan Klik hier om naar het volgende artikel te gaan

Betere informatiepositie voor gemeenten

10

Stap voor stap kwetsbaarheden in het buitengebied in beeld brengen

Het groeiende aanbod lege schuren in het buitengebied is voor criminelen bijzonder aantrekkelijk: ze bieden de gelegenheid om buiten het zicht van de politie en handhavers drugs te produceren of op te slaan. Taskforce-RIEC Brabant-Zeeland helpt gemeenten hier meer vat op te krijgen. De informatiegestuurde aanpak die ze daarvoor ontwikkelde wordt onder meer toegepast in de gemeente Goirle. We spraken verschillende betrokkenen én gingen mee met een observatieronde: op zoek naar kwetsbare adressen in het Brabantse buitengebied.

In Nederland wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan het versterken van de weerbaarheid van het buitengebied. Voorbeelden hiervan zijn de samenwerking tussen de agrarische sector en de Platforms Veilig Ondernemen en de inzet van een vertrouwenspersoon Veilig Buitengebied door ZLTO. Ook Taskforce-RIEC Brabant-Zeeland zet zich er al jaren op allerlei verschillende manieren voor in om gemeenten weerbaarder te maken tegen ondermijnende criminaliteit. Van bewustwordingsbijeenkomsten en trainingen voor medewerkers tot de ontwikkeling van handreikingen en ondersteuning bij de ontwikkeling van uniform beleid.

Eén van de thema’s waar de Taskforce-RIEC zich op richt is het versterken van de informatiepositie van gemeenten. Robert Jacobs is coördinator Versterken Informatie Positie Overheid (VIP) en vertelt: “We organiseren bijvoorbeeld workshops over de datagedreven aanpak van ondermijning en hebben een procesaanpak uitgewerkt voor meldingen binnen de kaders van privacywetgeving. Daarnaast hebben we een methode ontwikkeld om kwetsbare locaties in beeld te brengen.”

Deze methode wordt beschreven in een handreiking waarmee gemeenten stap voor stap tot een informatiebeeld komen. Inmiddels is zo’n handreiking beschikbaar voor allerlei thema’s, waaronder winkelgebieden, bedrijventerreinen, het buitengebied en spookbewoning. “Belangrijk is dat gemeenten met hun eigen data en medewerkers zelf aan de slag kunnen met de handreiking. Want we kunnen gemeenten wel ondersteunen, maar weerbaarder worden doen ze uiteindelijk zelf.”

Burgemeester Mark van Stappershoef van de gemeente Goirle.

Gemeenten bundelen krachten

Een van de gemeenten die inzet op weerbaarheid is Goirle. Vorig jaar gingen ze hier al aan de slag met de handreiking bedrijventerreinen. Nu richten ze zich op het buitengebied. “Dat gebied is niet alleen groot, maar ligt ook nog eens vlakbij de grens. We weten dat hier van alles gebeurt”, vertelt burgemeester Mark van Stappershoef. Hij pakt zijn telefoon erbij en scrolt door de appjes van Dré, een ‘groene boa’ waar de burgemeester een kort lijntje mee heeft. “Kijk. Hier stuurde hij bijvoorbeeld een foto van gedumpte jerrycans. En hier doet hij verslag van de achtervolging van een gevluchte stroper. Criminelen misbruiken dit gebied op allerlei manieren. Van onze handhaver weet ik dat bijna alle agrariërs die hij spreekt wel eens door criminelen benaderd zijn. Ze bellen gewoon aan, draaien er niet omheen en bieden schaamteloos een deel van de opbrengst aan.”

Goirle staat niet alleen in deze problematiek. Andere gemeenten in de regio Hart van Brabant kampen er ook mee. “We hebben daarom zo veel mogelijk onze krachten gebundeld via het Bestuurlijk Interventie Team”, vertelt de burgemeester. “Concreet betekent dit dat alle toezichthouders in deze gemeenten ook bevoegd zijn voor andere deelnemende gemeenten en daar dus ook aan de slag kunnen. Dat biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid regionale actiedagen te organiseren, waarop we samen controles uitvoeren in een bepaald gebied of binnen een bepaald thema.”

Basisdataset uit openbare bronnen

Omdat het buitengebied zo uitgestrekt is, is het belangrijk die controles zo efficiënt mogelijk te doen. Kortom, dat er een goed informatiebeeld is. En dat is precies waar de handreiking van Taskforce-RIEC kan helpen. Gemeenten kunnen de handreiking in principe zelfstandig doorlopen, maar worden soms ook begeleid door iemand vanuit Taskforce-RIEC. In Goirle is dat Derk Stegeman. Hij legt uit hoe het werkt.

“Eerst kiest een gemeente een focusgebied. Een gebied waar signalen over zijn of waar juist sprake is een blinde vlek. Voor dat gebied maken we een profiel waarin we de kenmerken op een rijtje zetten. Hiervoor gebruiken we gegevens van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KVK). Vervolgens doen we digitale en fysieke observaties en gebruiken we overige bronnen en kennis binnen de gemeente. Denk aan informatie van de afdelingen Vergunningen, Toezicht en Handhaving, zoals vergunningsaanvragen. En in Goirle maken we bijvoorbeeld dankbaar gebruikt van de praktische ervaring van de groene boa Dré. Dit laat zien dat er ook ruimte is voor maatwerk.”

De aanpak kent dus verschillende fasen, waarin telkens nieuwe kenmerken van het gebied worden toegevoegd. Na elke fase bepaalt de gemeente tijdens een zogeheten weegmoment welke adressen mee gaan naar de volgende fase. Zo komt een gemeente stap voor stap bij de meest kwetsbare adressen uit. “Dat woord ‘kwetsbaar’ kiezen we bewust”, benadrukt Derk. “We zijn niet op zoek naar criminaliteit en waken ervoor dat we bewoners in het buitengebied criminaliseren.”

Presentatie over de handreiking buitengebied bij de gemeente Goirle.

Observatie op objectniveau

Goirle is vandaag toe aan informatiefase 2 uit de handreiking: de observatie op ‘objectniveau’. In het gekozen gebied zijn ongeveer 80 adressen over. De meeste daarvan zijn met behulp van luchtfoto’s al in kaart gebracht. Daarmee is bijvoorbeeld vastgesteld of een perceel aan een doodlopende weg ligt en of het zicht op het perceel wordt belemmerd door bebossing. Bij de fysieke observatie worden de adressen vervolgens een voor een geobserveerd vanuit de auto. Derk: “Hiervoor ontwikkelden we in samenwerking met Avans Hogeschool een signaleringstool voor de smartphone. Daarmee kunnen we elk adres uit de lijst scoren op door de gemeente geselecteerde indicatoren.”

“Is dat op de gevel nu een lampje of een camera?” vraagt Derk aan Roos, de medewerker van de gemeente Goirle waar hij de fysieke observatie vandaag mee uitvoert. Ze keren de auto en kijken vanuit een andere hoek nog een keer. Aan de andere kant van de weg staat een schuur die bijna volledig uit het zicht wordt gehouden door bomen. Heel anders dan het pand verderop: een grote loods waarvan de deuren wagenwijd openstaan en waarin drie vrachtwagens zichtbaar zijn, allemaal van hetzelfde merk. Derk: “Die kunnen we afstrepen.”

Even verderop staat een bord langs de weg met daarop een huisnummer en een sierlijke afbeelding van een paard. “Waarschijnlijk een manege, is dat een kwetsbare branche?” vraagt Derk zich hardop af. Het pand dat bij het huisnummer hoort staat ver van de weg en is daardoor nauwelijks te zien. “Deze gaan we nog eens digitaal bekijken. Het voordeel van luchtfoto’s is dat je ook terug in de tijd kunt kijken. Zo kun je zien wat er eventueel aan bebouwing veranderd is.”

Veel van de panden op de lijst vallen in de categorie vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing: agrarische gebouwen, binnen een agrarische bouwkavel, die niet meer als zodanig in gebruik zijn. Soms zijn die verbouwd tot camping of B&B, maar vaak treffen we ook leegstaande huizen en vervallen schuren aan. “Een belangrijke indicator waar we naar kijken is bedrijvigheid”, zegt Derk. “Bijvoorbeeld of we menselijke activiteit zien en of het gras recentelijk gemaaid is.”

Hoewel de signaleringstool heel concrete indicatoren bevat, zeggen die niet alles. “Soms heb je een ‘niet-pluis gevoel’. Daarom bevat de tool ook een open invulveld om die dingen op te schrijven. Ook adviseren we om de observatie altijd in een tweetal te doen. Bij twijfel kun je dan nog even sparren.”

“We kunnen gemeenten wel ondersteunen, maar weerbaarder worden doen ze uiteindelijk zelf.”

Privacy officer kijkt mee

Na ongeveer twee uur hebben we alle adressen bezocht. De adressen die na vandaag overblijven gaan na een nieuw weegmoment naar de derde informatiefase, waarin onder meer de Basisregistratie Personen (BRP) en de KVK kunnen worden geraadpleegd. Zoals in alle fasen kijkt de privacy officer mee: die bepaalt gedurende het hele proces welke gemeentelijke bronnen mogen worden geraadpleegd en in hoeverre de informatie relevant (lees: noodzakelijk) is voor een goed informatiebeeld.

Een voorbeeld van dat soort relevante informatie is als panden eigendom zijn van alleenstaande personen op pensioenleeftijd. “Deze groep is zowel in sociaal als financieel opzicht extra kwetsbaar”, weet Derk. “En daarmee kunnen ze ook kwetsbaarder zijn voor pogingen tot toenadering van criminelen.” Eén van de uitkomsten van het informatiebeeld kan zijn om preventief in gesprek te gaan met eigenaren van kwetsbare percelen. Maar Goirle kan straks bijvoorbeeld ook besluiten tot een integrale controle door het bestuurlijk interventieteam. “Dat is niet meer aan ons”, besluit Derk. “Zodra een gemeente eenmaal een zo compleet mogelijk informatiebeeld heeft, zit ons werk erop.”

Verbetering handreiking

Robert Jacobs vertelt dat vanaf medio 2022 acht Brabantse gemeenten de handreiking hebben doorlopen. Een van de eerste was Sint-Michielsgestel. Strategisch veiligheidsadviseur Koen Schollen was destijds nauw bij de uitvoering betrokken. Hij vertelt dat het informatiebeeld niet alleen heeft geleid tot een bestuurlijke controle bij een aantal adressen, maar ook heeft bijgedragen aan de bewustwording, zowel richting bewoners als binnen de gemeente.

“In Sint-Michielgestel voert de gemeente gesprekken met agrarisch ondernemers die met hun bedrijf overwegen te stoppen. Zij vormen mogelijk een kwetsbare doelgroep en de gemeente wil ze daar graag bewust van maken, maar de doelgroep is best groot; het informatiebeeld helpt dan om keuzes te maken. Daarnaast heeft het informatiebeeld bijgedragen aan de algemene bewustwording binnen de gemeente. Boa’s en toezichthouders zijn bijvoorbeeld scherper op bepaalde signalen gaan letten.”

Koen herinnert zich dat het traject om tot het informatiebeeld te komen destijds wel best intensief was. Sindsdien is de handreiking dan ook op een aantal punten verbeterd. Om een te grote dataset te voorkomen is het bijvoorbeeld verplicht een focusgebied te kiezen. Robert: “Op dit moment zijn we de handreiking opnieuw aan het verbeteren. Vanuit het RIEC in onze regio zullen we gemeenten blijven ondersteunen bij de versterking van hun informatiepositie.”